Malteser taart:
eieren
200 g suiker
200 g boter
snufje zout
200 g zelfrijzend bakmeel
100 g cacaopoeder
45 gram bakpoeder
½ theelepel all spices
snufje kaneel
60 ml rum
60 ml melk
4 zakken Maltesers
200 g boter
100 g poedersuiker
300 g chocolade custard
snufje kaneel
Verwarm de oven voor op 200 ° C en beboter de springvorm. Splits de eieren en klop de eiwitten met een snufje zout stijf. Mix in een andere kom de eierdooiers en de suiker tot het licht en luchtig is. Voeg daarna de boter toe. Zeef de bloem, cacao en bakpoeder en voeg deze toe aan het mengsel. Zodra het deeg wat dikker is, voeg dan de rum en melk toe. Spatel de eiwitten voorzichtig toe aan het deeg. Schep het deeg in springvorm en bak de taart voor ongeveer 30-40 minuten. Als de taart aan de bovenkant te snel donker wordt, bedek deze dan voor de laatste 15 minuten af met bakpapier. Laat de taart afkoelen en snijd de taart in drie lagen. Leg de lagen voor 10 a 15 minuten in de koelkast. Kook de custard volgens de aanwijzingen op de verpakking en laat het afkoelen.
Mix de zachte boter,de gezeefde poedersuiker, de afgekoelde custard en het kaneelpoeder door elkaar om de crème au beurre te maken. Verdeel een deel van de crème tussen de taartlagen en bestrijk de rest van de crème in een dunne laag op de buitenkant van de taart. Plaats de taart in de koelkast zodat het de crème wat harder kan worden. Druk daarna de Maltezers zacht in de crème op de taart.
